www.deltavissers.nl

Bij iedereen bekend als model waarbij de (rode) bezemdraadafhouders met (dubbele) bloedknoop is aangebracht. Velen zweren bij deze onderlijn voor het vissen op platvis en wijting.
Als je zo wat langere draden en langere haaklijntjes wilt monteren, dan gaat het afhoudend vermogen achteruit en slaan de haaklijntjes te gemakkelijk om de staande lijn.

In Zeehengelsport en ons blad Deltavissers gaf ik al eens aan hoe je dat dan kunt verbeteren. Denk maar weer aan het gaatje boren in een wartel zoals bij het eerder beschreven onderwerp WEEGSCHAALTJES....

- neem de maat van de ( niet te dikke ) bezemdraadafhouder(s) en boor een gaatje met overeenkomstige maat in het bolletje van een wartel (zonder speld) en denk eraan eerst een putje in het bolletje te slaan met een centerpoint;
- steek de bezemdraad net door dit gaatje, verwarm het korte, uitstekende stompje en druk dit plat tegen het bolletje zodat de afhouder is geborgd;
- haaklijntje kun je aanknopen, nadat aan het andere uiteinde door verwarming een bolletje/verdikking is gezet;
- maar nog beter, tegen kinken door steenbolk/kleine wijting, is om eerst een stukje krimpkous op te schuiven, daarna het oogje van een klein warteltje ( keus met of zonder speld ) tot 2 centimeter opschuiven, hier de bezemdraad verwarmen en het uiteinde 180 graden omzetten zodat het warteltje weer in een "haakje" komt te zitten;
- het kousje weer terugschuiven tot tegen het bolletje van het warteltje;
- let nu op: de krimptemperatuur van het kousje ligt akelig dicht bij het punt dat de afhouder zacht wordt en vervormd, een kommetje water bij de hand om de zaak onder controle te houden is niet verkeerd, zeker als je er nog geen ervaring mee hebt;
(met een haardroger gaat het beter dan met een aansteker)
- door staande (tussen-)lijnen aan te knopen bouw je op deze manier een 1-, 2- of 3-haaks paternoster op en als het lood aanhangt zul je zien, dat de afhouders zo veel fanatieker hun werk doen.

Suc6,

Dre

Nog een eenvoudige verbetering om die krimpkousjes achterwege te laten en een veel elegantere, sterke en gestroomlijnde verbinding met het haaklijnwarteltje te maken:

- zet het uiteinde van de afhouder NIET in 180 graden om een haakje te maken voor de wartelverbinding, maar
- knip een oogje van het (haaklijn-)warteltje zo kort mogelijk tegen het bolletje af;
- boor het nu "vrije", al bestaande gaatje in het bolletje op, precies naar de dikte van de afhouder;
- prik het bolletje met dit gaatje op het uiteinde van de afhouder ( mooi in het verlengde van de afhouder dus);
- afhouder vervolgens, schuin omhoog, tussen linker duim en wijsvinger langszaam ronddraaien en met de aansteker in de andere hand het BOLLETJE verwarmen ( niet te dicht bij de bezemdraad );
- door het draaien en schuin omhoog houden tijdens het verwarmen voorkom je dat de uitwendige bezemdraad ook te warm wordt en "z'n kopje laat hangen";
- IN het bolletje zal het uiteinde van de bezemdraad nu opzwellen, maar ook korter worden en zich muurvast zetten ! ;
- belangrijk is natuurlijk dat het andere oogje ( waar de haaklijn aan komt ) kan blijven draaien;
- daarom na verwarming meteen effe het warteltje koelen in een kopje water en het oogje draaien om verkleving te voorkomen;
- door een paar keer oefenen en de sterkte van de verbinding te testen heb je al gauw in de gaten hoe warm het bolletje moet worden en hoe diep je de bezemdraad moet insteken.

Tja, gelikter kan je zo'n bezemafhouder niet meer maken, of je moet er eerst kralen oprijgen.........

Groet,
Dre.